Magnesium speelt in het lichaam een belangrijke rol bij het goed functioneren van het zenuwstelsel en de spieren. Een magnesiumtekort kan leiden tot kopziekte. De verschijnselen van kopziekte kunnen in eerste instantie uiteenlopen van onrust, onvoldoende vreten, zich afzonderen van de koppel en wat stijf lopen. Vervolgens kunnen ook andere verschijnselen worden gezien, zoals spierrillingen, nerveuze verschijnselen en een wat ongecoördineerde gang. In het meest ernstige geval zijn er ernstige krampen, waarna sterfte snel kan optreden. Zeker bij verschijnselen van ernstige krampen en spierrillingen is zeer snelle behandeling door de dierenarts noodzakelijk om het rund te redden. Ook bij kalveren kan een magnesiumtekort optreden, waarbij soms sterfte wordt gezien zonder voorafgaande verschijnselen. Ook indien slechts één rund klinische verschijnselen van een magnesiumtekort heeft, is er een reële kans dat ook andere dieren een tekort hebben.
Slechts een deel van het magnesium in het voer wordt door het rund opgenomen. De mate van absorptie hangt vooral af van het kaliumgehalte in het rantsoen. Bij een hoger kaliumgehalte vermindert de hoeveelheid opgenomen magnesium. Magnesiumtekort kan zowel op stal als in de weide optreden. Risicoperioden in de weide zijn het voorjaar met snelle grasgroei (hoge kali-bemesting) en de nazomer-herfst met veel regen. In het laatste geval kan de voeropname beperkt zijn, onder andere doordat het gras minder smakelijk is. Bij zoogkalveren kan magnesiumtekort optreden bij langdurige hoge melkopnames met geen of onvoldoende opname van krachtvoer.
Bloedmonsters
Om een goede indruk te krijgen van de magnesiumstatus van de koeien, is het advies om van vijf koeien bloedmonsters te nemen. Bij een vastgesteld tekort is het advies om dagelijks extra magnesium te verstrekken in de vorm van een magnesiumrijke brok of via een mineralenmengsel. Bij voorkeur een mineralenmengsel met alle gewenste mineralen, anders in de vorm van magnesium. In beide gevallen is het advies dat dagelijks dertig gram magnesium, vaak in de vorm van vijftig gram magnesiumoxide (MgO), wordt gevoerd. Mede omdat magnesium niet smakelijk is en om de kans te minimaliseren dat het in de voergoot achterblijft, is het advies om de mineralen te verstrekken via een vochtig ander voedermiddel. In principe kan magnesium ook worden verstrekt via drinkwater of via bestuiven van het gras net voor inscharing. Nadeel van de eerste methode is dat runderen in een regenachtig periode weinig drinken (krijgen al veel water binnen via het natte gras), bij de tweede methode moet dit wekelijks of zelfs vaker (na regenval) worden herhaald, daarom wordt deze methode waarschijnlijk niet of nauwelijks in de praktijk toegepast. Het bemesten van het grond met magnesium geeft vaak slechts een lichte verhoging van het magnesiumgehalte in het gras en is geen algehele oplossing ter preventie van een magnesiumtekort.