Binnen alle BVD-routes geldt dat aanvoeronderzoek op BVD-antistoffen nodig is wanneer vrouwelijke runderen van > 12 maanden worden aangevoerd van niet-BVD-vrije bedrijven. Deze runderen kunnen namelijk drachtig zijn van een BVD-drager. Als na het aanvoeronderzoek blijkt dat een rund BVD-antistoffen heeft, kunnen er situaties zijn waarbij duidelijk is dat het betreffende dier hoogstwaarschijnlijk niet drachtig is of dat het heel recent is geïnsemineerd/gedekt. Dit betreft runderen waarbij de afkalfdatum minder dan 42 dagen vóór de aanvoerdatum ligt. Omdat de geboorte van een BVD-drager uit het aangevoerde rund onwaarschijnlijk is, kan een veehouder in dat geval opheffing van de 9 maanden observatiestatus aanvragen. Voorwaarde is dat de afkalfdatum (= dag 0) en de aanvoerdatum bekend zijn in I&R (door GD op te vragen via VeeOnline). Er kunnen ook andere redenen zijn waarom een bedrijf in observatie blijft.

In dergelijke gevallen kun je met onderstaand formulier ontheffing aanvragen. Let op: een aanvraag wordt alleen in behandeling genomen als deze binnen acht weken na de verkregen BVD-antistoffenuitslag van het aangevoerde rund is gedaan.