Stofwisselingsparameters varken

Zoomfunctie

Moeite met het lezen van de tekst? Vrijwel alle populaire browsers geven u controle over hoe groot websites worden weergegeven.

  • Windows
    Mac OS
  • Zoom in
  • Zoom uit
  • Zoom 100%
  • Muiswiel op / neer
DAP Contact. Voor dierenartsen

Verschillende bloedparameters zeggen iets over de stofwisseling van het dier en of daar afwijkingen in zijn. Bij varkens is het onderzoek naar deze parameters nog niet zo lang geleden opgestart. Voor glucose en NEFA's zijn referentiewaarden geformuleerd, maar de klinische waarde van afwijkingen is nog niet goed duidelijk.

Glucose

Functie: Glucose is het bloedsuiker en een belangrijke energieleverancier voor de lichaamscellen. Hersencellen en erytrocyten zijn voor hun energiehuishouding geheel afhankelijk van glucose. Andere lichaamscellen kunnen ook andere energiebronnen (andere suikers en/of vetten) gebruiken. Het gehalte aan glucose wordt vrij streng gereguleerd door insuline. De mate van voorkomen van afwijkende glucosewaarden en de interpretatie bij varkens is niet duidelijk.

Oorzaken afwijkende waarden: Te lage waarden duiden op een hypoglycaemie. Te hoge waarden duiden op een diabetesprobleem. Vlak na voeropname is de glucosespiegel fysiologisch gering verhoogd. Bloed voor glucoseonderzoek mag daarom pas drie uur na een voerbeurt worden afgenomen. 

Klinische verschijnselen: Verlaagd: sloom, slechte voeropname.
Verhoogd: insulineresistentie, kan in de dracht fysiologisch voorkomen, diabetes.

NEFA (Non-esterified Fatty acids = vrije vetzuren)

Functie: NEFA's ontstaan als door vasten de vetreserves worden afgebroken. De TAG's (triacyl glycerolen) die daaruit vrijkomen worden in de lever normaliter omgezet in azijnzuur. Als deze omzetting niet snel genoeg lukt, worden er NEFA's in het bloed aangetoond. NEFA's vertonen een dagelijkse fluctuatie. Direct na voederen zal het NEFA-gehalte rond de 0,1 mmol/L liggen. Voor ieder uur dat het dier niet eet (vanaf 2 tot 3 uur na voedering) zal het NEFA-gehalte met 0,05 mmol/L toenemen. Bij tweemaal daags voederen mag men vlak voor voederen een gehalte van 0,3 tot 0,45 mmol/L verwachten.

Oorzaken afwijkende waarden: Afwijkingen in de leverstofwisseling. Waarden hoger dan 0,7 mmol/L zijn bij varkens nog niet eenduidig gerelateerd aan klinische problemen. Klinische verschijnselen Vasten, energietekort. 

Terug naar klinische chemie

Oude browser

We zien dat u gebruik maakt van een verouderde browser. Niet alle onderdelen van de website zullen daardoor goed functioneren. Download nu de laatste versie van uw browser om veilig te kunnen surfen.

GD maakt gebruik van cookies om onze website te analyseren en de functionaliteit te verbeteren. Meer info vind je in ons cookiebeleid.