4-1-2022: 

De laatste jaren was berichtgeving over IBR veelal goed nieuws: een toenemend percentage IBR-vrije en -onverdachte bedrijven, weinig tankmelkomslagen en minder neusswabs waarbij virus werd aangetoond. Sinds april zien we daar echter verslechtering in. Tot en met november zijn al 21 tankmelkomslagen op vrije melkbedrijven geweest, in heel 2020 waren dat er twaalf en in 2019 in totaal zeventien. Ook zien we af en toe uitbraken op vleesveebedrijven.

Wat met name opvalt is dat in bepaalde regio’s meer virus circuleert dan in andere, lokale verspreiding is dus zeer aannemelijk. Neem bij twijfel direct contact op met uw eigen dierenarts, ongeacht de IBR-status. De bekendste verschijnselen zijn: neus- en/of ooguitvloeiing, snurken, koorts, verminderde eetlust, daling melkproductie, verwerpen en soms sterfte. De dierenarts kan vervolgens gericht onderzoek uitvoeren.

Deel informatie om verspreiding tegen te gaan

Is de diagnose IBR gesteld? Let dan extra op hygiënemaatregelen om versleep tussen bedrijven te voorkomen. Bedenk daarnaast welke buurt- en contactbedrijven en erfbetreders op de hoogte moeten zijn van de IBR-uitbraak. Zij kunnen maatregelen nemen om verdere verspreiding van het virus te voorkomen. Tijdens bezoeken op uitbraakbedrijven die GD-dierenartsen voor ZuivelNL heeft uitgevoerd, blijkt dat dit soort informatie mondjesmaat wordt gedeeld, terwijl het juist nu voor iedereen belangrijk is virusverspreiding tegen te gaan en niet achterop te raken in de bestrijding.