GD ontving een gestorven fokteef met twee gestorven pups voor pathologisch onderzoek. De eigenaar kon niet achterhalen wat de doodsoorzaak moest zijn geweest en vroeg zich af of het overlijden een gevolg kon zijn van een trauma dat mogelijk tijdens de partus was opgetreden.
De aangeboden teef was zeven jaar oud en had in het verleden zonder problemen drie nestjes met pups voortgebracht. Nu had ze een vierde nestje met negen pups gekregen. Enkele van de pups gingen binnen enkele dagen dood. De teef is, na een korte periode van koorts, zeventien dagen na de partus overleden. De twee pups die ook voor onderzoek werden aangeboden stierven een dag eerder. Het moederdier werd direct na het overlijden aangeboden voor pathologisch onderzoek. De twee pups waren vierentwintig uur in de koelkast bewaard, waardoor gelukkig nauwelijks autolytische veranderingen aanwezig waren.
Resultaten: Macroscopisch sectiebeeld
De ene pup was van het mannelijke geslacht; de andere pup was een vrouwelijk dier. Het mannelijke dier was in een goede conditie, gekenmerkt door de aanwezigheid van vetreserves. Het vrouwelijke dier was cachectisch en vertoonde verschijnselen van uitdroging. Beiden hadden weinig samengevallen, vrij stevige en donker gekleurde longen; kenmerken van een acute exsudatieve pneumonie. Bij kleine pups is het vaak niet mogelijk het type exsudaat in de longen op macroscopische gronden te kunnen benoemen, zoals dat in de regel wel mogelijk is bij volwassen of grotere dieren. Tevens vertoonden beide dieren een miltzwelling, duidend op sepsis. Bij sepsis kan er sprake zijn van een bacteriaemie en/of toxinaemie.
De teef was in goede conditie met normale vetreserves. Het sectiebeeld werd gekenmerkt door een acute hemorrhagische pleuritis met enkele liters exsudaat in de borstholte (zie foto 1). Deze grote hoeveelheid exsudaat veroorzaakte tevens compressie atelectase van de longen. Daarnaast werd een geringe purulente endometritis vastgesteld.
Vervolgonderzoek
Bij microscopisch onderzoek van het longweefsel van beide pups werd duidelijk dat er sprake was van een acute catarrhale pneumonie, die zich vanaf de topkwabben van beide longen tot ver in de hoofdkwabben van het longweefsel uitbreidde.
Bij het bacteriologisch onderzoek uit het ontstoken longweefsel van beide pups werden veel Streptococcus canis en hemolytische Escherichia coli geïsoleerd. Deze bacteriesoorten werden ook geïsoleerd uit de milten van beide dieren, duidend op een septicemie door beide bacteriesoorten.
Bij de teef werden uit het exsudaat in de thorax ook veel Streptococcus canis en hemolytische Escherichia coli geïsoleerd. Deze twee bacteriesoorten werden ook geïsoleerd uit het exsudaat in de uterus, waardoor geconcludeerd wordt dat de weliswaar macroscopisch geringe purulente endometritis de waarschijnlijke primaire infectiebron is die geleid heeft tot de ernstige pleuritis van het moederdier en de pneumonie en sepsis bij de pups.

Foto 1. Overzicht van de geopende thorax en buikholte van de teef.
A. Halsgebied; B. opengeknipte en weggeklapte linker thoraxwand; C. hemorrhagisch exsudaat; D. Vaatinjectie/hyperemie in de pariëtale pleura; E. Sterk samengevallen longweefsel met beeld van compressie atelectase; F. Diafragma; G. Buikholte.
Antibiogram
Van de geïsoleerde Streptococcus canis wordt in tabel 1 de gevoeligheid voor de verschillende antibiotica weergegeven. Het antibiogram van de geïsoleerde hemolytische Escherichia coli-bacterie staat vermeld in tabel 2.
Tabel 1. Gevoeligheidsspectrum van de geïsoleerde Streptococcus canis uit de teef en de pups.
Amoxilline-clavulaanzuur |
Gevoelig |
Ampicilline/amoxicilline |
Gevoelig |
Vierde generatie cefalosporines |
Gevoelig |
Derde generatie cefalosporines |
Gevoelig |
Clindamycine/lincomycine |
Gevoelig |
Enro-/cipro-/dano-/di-/marbofloxacine |
Gevoelig |
Erythromycine/tylosine |
Gevoelig
|
Florfenicol |
Gevoelig |
Neo-/kana-/paromomycine/framycetine |
Resistent |
Oxa-/cloxa-/nafcilline/cefoxitin |
Gevoelig |
Penicilline |
Gevoelig |
Sulfonamiden |
Resistent |
(Chloor)tetra-/oxytetra-/doxycycline |
Resistent |
Tilmic/tildipirosine/gami/tulathromycine |
Gevoelig |
Trimethoprim-sulfonamiden |
Gevoelig |
Tabel 2. Gevoeligheidsspectrum van de geïsoleerde hemolytische Escherichia coli uit de teef en de pups.
Amoxicilline-clavulaanzuur |
Gevoelig |
Ampicilline/amoxicilline |
Gevoelig |
Apramycine |
Gevoelig |
Vierde generatie cefalosporinen |
Gevoelig |
Cefotaxim |
Gevoelig |
Colistine |
Gevoelig |
Enro-/cipro-/dano-/di-/marbofloxacine |
Gevoelig |
Florfenicol |
Intermediair |
Fluméquine/oxolinezuur |
Gevoelig |
Gentamicine |
Gevoelig |
Neo-/kana/paramomycine/framycetine |
Gevoelig |
Spectinomycine |
Gevoelig |
Sulfonamiden |
Gevoelig |
(Chloor)tetra-/oxtetra-/doxycycline |
Gevoelig |
Tiamulin |
Resistent |
Tilmic/tildipirosine/gami/tulathromycine |
Resistent |
Streptomycine/dilhodrostreptomycine |
Gevoelig |
Trimethoprim |
Gevoelig |
Trimethoprim-sulfonamiden |
Gevoelig |
Tylosine/erythromycine |
Resistent |
Conclusie
De doodsoorzaak van de teef is een acute hemorragische pleuritis veroorzaakt door Streptococcus canis en hemolytische Escherichia coli-bacteriën. De infectiebron is waarschijnlijk de purulente endometritis die is veroorzaakt door deze bacteriën. Deze purulente endometritis is geassocieerd met de partus. De teef heeft de pups waarschijnlijk geïnfecteerd en beide bacteriesoorten hebben bij de pups een acute catarrhale pneumonie en sepsis veroorzaakt.