Rabiës is een meldingsplichtige ziekte ingevolge artikel 15 van de Gezondheids- en Welzijnsziekte voor Dieren. Elke klinische verdenking moet worden gemeld bij de NVWA via het Centraal meldpunt Dierziekten (0800-0488).Bij afhandeling van verdenkingen en bij de bestrijding zijn de NVWA draaiboeken uitgangspunt en zijn de dan geldende regelgeving en de instructie van NVWA leidend.
Rabiës (hondsdolheid, Lyssa) is een zoönose. Mensen kunnen geïnfecteerd raken door de beet van een met rabiës aangetast dier. Het meest voor de hand ligt de beet van een hond (of een kat) of infectie via bijvoorbeeld vleermuizen. Net als de mens is het varken in feite een ‘eind-gastheer’ voor het virus. Theoretisch is het mogelijk dat een mens door een besmet varken gebeten en besmet wordt. In de praktijk is dit niet beschreven.
Direct naar:
Gevoelige diersoorten
De meeste dieren zijn gevoelig voor rabiës, meestal als eindgastheer.
Volksgezondheid
Mensen kunnen besmet raken door een beet van een hond of kat.
Persoonlijke beschermingsmiddelen:
Vaccinatie is alleen noodzakelijk voor mensen 'at risk' en dat geldt niet voor mensen in contact met varkens. Na contact zijn de maatregelen afhankelijk van de intensiteit van het contact met een verdacht/ besmet dier:
- Categorie 1 = aanraking, likken op intacte huid -> geen actie
- Categorie 2 = wondjes zonder bloeding -> beperkt contact -> vaccinatie
- Categorie 3 = beten, slijmvliescontact, vleermuiscontact -> ernstig, dan de wond spoelen met veel water, minstens 15 minuten wassen met zeep en ontsmetten (povidonjodium) + passieve immunisatie met humane rabiës-immunoglobuline + vaccinatie totdat duidelijk is of het betrokken dier wel of niet rabide is.
Overleving
Het virus is gevoelig voor ultravioletstraling of verwarming gedurende een uur lang bij 50 °C. Het virus wordt geïnactiveerd in zonlicht en kan niet overleven gedurende lange perioden in het milieu, behalve in een koele donkere ruimte.
Rabies is een meldingsplichtige ziekte ingevolge artikel 15 van de Gezondheids- en Welzijnsziekte voor Dieren. Elke klinische verdenking van de ziekte dient bij de NVWA te worden gemeld.
Het voorkomen van een infectie met hondsdolheid
bestaat uit vaccinatie van huisdieren om overdracht op de mens te voorkomen. Wilde dieren dienen niet te worden behandeld of gevoerd, en wilde dieren met abnormaal gedrag moeten worden vermeden. Vleermuizen moeten worden geweerd van huizen en openbare gebouwen. In sommige gebieden kan orale vaccinatie van wilde dieren worden toegepast.
Bedrijfshygiëne / insleeppreventie
Zie hierboven.
Meldingsplichtig
Rabies is een meldingsplichtige ziekte volgens artikel 15 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren. Elke verdenking van de ziekte dient te worden gemeld bij de NVWA.
Vaccinatie
Vaccinatie is alleen van toepassing op huisdieren (honden, katten) indien sprake is van besmettingsrisico. Mogelijk besmette mensen die niet eerder zijn gevaccineerd, dienen ook gevaccineerd te worden (naast toediening van immunoglobulinen).
Antibiotica
Niet van toepassing.
Overige maatregelen
- Besmette dieren: onmiddellijk euthanaseren.
- Rabiësvirus kan in vele weefsels voorkomen, dus ook in vlees, en besmette dieren zijn dan ook niet geschikt voor consumptie.
- Contact met zieke of verdachte dieren vermijden.
- Bij een ernstige verdenking zou op het lab histologisch onderzoek op verdacht hersenweefsel gedaan kunnen worden. Bij bevestiging dient aangifte gedaan te worden. Rabiës is een aangifteplichtige ziekte.
- Bij ernstige verdenking zou het bedrijfsbezoek globaal als bij Klassieke Varkens Pest (KVP) kunnen verlopen. De mogelijke bron van de besmetting moet achterhaald worden.
- Een draaiboek is niet beschikbaar.
Rabiëspreventie bestaat uit vaccinatie van huisdieren om overdracht op de mens te voorkomen. Wilde dieren dienen niet te worden behandeld of gevoerd, en wilde dieren met abnormaal gedrag moeten worden vermeden. In sommige gebieden kan orale vaccinatie van wilde dieren worden toegepast.
Bedrijfshygiëne / insleeppreventie
Zie hierboven.